De vriezer moet waterpas en goed vlak op de poten staan om goed te kunnen functioneren. Probeer het apparaat heen en weer of naar voren en naar achteren te bewegen. Als het apparaat te veel wiebelt, kan het zijn dat de vloer niet vlak is of dat de stelpoten niet rechtstaan.

Controleer met een waterpas of de vaatwasmachine in balans staat. Als het apparaat is uitgeschakeld, kunt u de twee poten onder aan de voorkant van de vriezer verstellen. Draai de poten rechtsom of linksom tot ze stevig in contact komen met de vloer.

De vriezer heeft even de tijd nodig om tot rust te komen voordat u deze kunt gebruiken. Laat hem minimaal vier uur in verticale stand staan zonder hem aan te sluiten. Zo kan de compressorolie bezinken. 

U kunt het apparaat na vier uur weer aansluiten. Schakel de thermostaatknop in, maar begin niet meteen met het inruimen van de koelkast. Geef de vriezer de tijd om af te koelen tot een temperatuur die veilig is om etenswaren in te bewaren. Dit kan tot twaalf uur duren. 

De ideale vriezertemperatuur is ongeveer -18 °C. Controleer de temperatuur in de vriezer met een goede thermometer. Doe de thermometer in een kopje gevuld met alcohol of bakolie en plaats de thermometer in de vriezer. U kunt etenswaren in het apparaat gaan plaatsen zodra de gewenste temperatuur is bereikt.